Cesky terriër


Geschiedenis Cesky terrier

De “vader” van de Cesky F.Horak heeft de enorme voldoening gehad dat zijn ras op 24 mei 1963 werd erkend door de FCI.
Dhr. Horak begon met de schotse terriër hoewel hij hun grote jachtkwaliteiten erkende, vond hij ze koppig en agressief. Daarnaast had hij nog de Sealyham terriër deze achtte hij gemakkelijker in de hand te houden, en bovendien had de hond een uitstekend reukvermogen. Horak voelde zich aangetrokken door de eigenschappen van deze twee type honden, en probeerde die eigenschappen in één nieuw ras te combineren.

 

 

Het nieuwe ras zou, gezien de vererfde jachteigenschappen blijk moeten geven van veel bedrijvigheid, groot uithoudingsvermogen, makkelijk zijn af te richten en de vacht mocht niet te veel verzorging vragen.

 

De vacht moest gekleurd zijn. Niet zo wit als bij de Sealyham, met hangoren. Horak vond dat praktischer voor een hond die in ondergrondse gangen van roofdieren moest doordringen. De wensen van Horak waren begrijpelijk omdat de Britse terriërs steeds minder voor de jacht gebruikt werden. Ze ontwikkelden zich in een type dat bestemd was voor tentoonstellingen. In 1949 is Horak met de ontwikkeling van de Cesky terriër begonnen.

 

Uiterlijk
De Cesky terriër is een kortbenige, langharige terriër. Een goed gebouwde elegante hond. Hij is iets langer dan hoog, de ideale hoogte is 27 cm voor teven en 29 cm voor reuen. Het gewicht ligt tussen 6 kg en 10 kg. Het hoofd is lang en iets wigvormig, met hoog geplaatste oren die tegen het hoofd aanliggen. De ogen donker, middelgroot met een zachte uitdrukking.

De rug is sterk en vanaf de lendenpartij is er een lichte welving. De staart is laag aangezet, in rust naar beneden gedragen.
Bij opwinding kan de staart horizontaal of hoger gedragen worden. De voor- en achterhand dienen zo recht mogelijk te zijn. De beweging is vrij en soepel. De beharing van de Cesky terriër is in tegenstelling tot de andere terriër rassen niet hard maar is juist zacht als zijde, licht golvend en lang. De Cesky verhaart niet, en wordt eens in de 2 a 3 maanden geschoren. De Cesky komt voor in alle tinten grijs (pups worden zwart geboren) en koffiebruin (pups zijn chocoladebruin bij de geboorte) De koffiebruine kleur komt bijna niet voor. De Cesky heeft zijn uiteindelijke kleur als hij volwassen is. Bij beide kleuren zijn gele en witte aftekeningen toegestaan.

 

Deze aftekeningen komen het meest voor op borst, hals, buik, onder de staart en voeten. Het wit mag nooit meer dan 20% van de hond zijn.

 

Karakter
De Cesky heeft een niet typische terriër karakter. De Cesky is trouw, levendig, goedmoedig en zachtaardig. De hond is bovendien niet overdreven agressief vooral niet tegenover zijn soortgenoten. Hij kan goed over weg met andere dieren. De Cesky is dol op kinderen en toont veel geduld met hen. Ook kunnen ze goed alleen zijn. Van oorsprong is de Cesky een jachthond.
Toch is de Cesky een heel sportieve hond en is gemakkelijk te trainen voor Gedrag en gehoorzaamheid, behendigheid en flyball.
In Tsjechië wordt de Cesky nog ingezet op de jacht van vos en das. De meeste Cesky’s wordt gehouden als gezelschapshond.  De Cesky terriër toont net als zijn voorvaders veel doorzettingsvermogen, uithoudingsvermogen een soepelheid en een voortreffelijke reukzin. De Cesky heeft een groot aanpassingsvermogen. Hij is evenwichtig, sociaal en past bij verschillende bazen en allerlei omgevingen.

 

Ze kunnen ondanks dat het kortbenen zijn lange wandelingen aan. Ook vervult de Cesky de rol van waakhond hoewel hij van nature geen agressieve hond is. Het is belangrijk om zo vroeg mogelijk met de socialisatie te beginnen van de Cesky pup. Neem de pup dan ook overal mee naar toe. O.a. schoolplein, de markt, het verkeer, laat hem overal aan wennen maar let op dat ze geen nare ervaringen opdoen, de Cesky is gevoelig en heeft een goed geheugen, een slechte ervaring blijft hem lang bij!

 

Vacht
De Cesky terriër verhaart niet. Belangrijk is de Cesky regelmatig te borstelen en te kammen om de losse haren en de klitten te verwijderen. De Cesky wordt regelmatig door scheren in model gebracht (dus niet geplukt zoals de meeste terriers!). Eens in de twee a drie maanden. Afhankelijk van de dikte van de vacht en of de hond regelmatig geshowd wordt.
Basis toilet:
Lang haar laten we staan op het hoofd waar deze een baard, snor en wenkbrauwen vormen, verder op de benen en op de buik. De rest van het lichaam wordt zeer kort geschoren.
Show toilet:
Bij een showtoilet is het verschil dat het haar aan de boven en zijkanten van het lichaam, bovenkant van de hals en deels op het voorhoofd iets langer is, circa 1 tot 1,5 cm, dit met mooie vloeiende overgangen tot langere respectievelijke kortere partijen. In het algemeen dient het model de elegante harmonieuze lijnen van het lichaam te accentueren. Zowel bij zij – boven en achteraanzicht mag geen haar de lijnen van het lichaam oversteken en daardoor verstoren. De beharing mag daarom niet te dik of te lang zijn. Was de hond regelmatig eens in de twee a drie maanden met een goede honden shampoo. Na het wassen een goede conditioner in masseren. Daardoor blijft de vacht makkelijk doorkambaar en voorkomt u klit vorming.